De collectie van Opti-flor wordt verkocht via de betere bloemisten en tuincentra.
Daarnaast kunt u online bestellen via www.optiflorshop.nl
Klik hier om te zien wat het dichtstbijzijnde Opti-flor verkooppunt bij u in de buurt is.
Opti-flor levert niet rechtstreeks aan bloemisten. Wij verkopen onze orchideeën via een fijnmazig internationaal distributienetwerk van meer dan 400 handelsbedrijven. Deze handelsbedrijven beleveren bloemisten, tuincentrumondernemers en andere verkooppunten van Opti-flor orchideeën. Wilt u ook graag orchideeën uit onze collectie opnemen in uw assortiment? Stuur een e-mail aan marketing@optiflor.nl en wij brengen u graag in contact met één van onze distributeurs.
Giet het water voor de orchidee niet in het hart van de plant, maar juist op de aarde in de pot. Regenwater is beter dan kraanwater, waar (te) veel kalk in zit. Geef liefst vroeg op de dag water. Beter is nog om de pot gedurende 5 tot 10 minuten in een emmer onder te dompelen. Vervolgens kan de orchidee gerust zeven dagen zonder water. In zijn natuurlijke omgeving kent de Phalaenopsis een hoge luchtvochtigheid. Wilt u de plant opkweken of vermeerderen dan lukt dat het beste op vochtige plaatsen, zoals een keuken, badkamer of een serre.
Een orchidee heeft pas water nodig als de grond redelijk droog is en de wortels in de pot grijs van kleur zijn. Omdat dit in een niet-transparante sierpot moeilijk te zien is, kunt u hiervoor gebruik maken van een peilstokje. Een satéprikker is bijvoorbeeld prima. Kijk eenmaal per 7 tot 10 dagen of het stokje droog is. Is het stokje nog vochtig? Dan heeft de plant nog geen water nodig. Is het stokje droog? Dan geeft u de plant water. Gemiddeld genomen volstaat het om de plant eenmaal per 7 tot 10 dagen water te geven.
De kleur van de wortels is de beste indicatie om te bepalen of uw orchidee voldoende water krijgt. Als de wortels groen zijn, heeft de plant nog voldoende vocht. Zodra de wortels grijs kleuren, heeft uw orchidee water nodig.
Het is belangrijk dat de Phalaenopsis in een luchtige grond staat, die voor een vochthoudende drainage zorgt. Speciale orchideeëngrond, die bij de meeste tuincentra te koop is, is hiervoor noodzakelijk. Omdat er in de luchtige orchideeëngrond vaak weinig voedsel zit, kunt u de Phalaenopsis het best via het gietwater bemesten. Hiervoor kunt u speciale orchideeënmest kopen. Bemesten is nodig in de maanden maart tot en met oktober, zo'n twee keer per maand.
Omdat er in de luchtige orchideeëngrond vaak weinig voedsel zit, is het aan te raden om uw Phalaenopsis af en toe te bemesten. Dit kunt u het best doen via het gietwater. Hiervoor kunt u speciale orchideeënmest kopen. Bemesten is nodig in de maanden maart tot en met oktober, zo'n twee keer per maand.
Om de plant, na het uitbloeien, opnieuw weer in bloei te krijgen, knipt u de tak(ken) af vlak boven het tweede oog onder aan de plant. Na enkele weken tot enkele maanden zal er een nieuwe tak groeien. Hierna is het een kwestie van tijd voordat uw Phalaenopsis opnieuw in bloei geraakt.
Dit is het begin van een nieuw plantje. Het is het beste om te wachten tot er meerdere blaadjes aan dit stekje zitten en de plant drie tot vier luchtwortels heeft gemaakt. Als de luchtwortels circa 5 centimeter zijn, kunt u dit stekje voorzichtig van de stengel af snijden en oppotten in speciale orchideeëngrond. Maak na het verpotten de grond licht vochtig. U kunt het stekje natuurlijk ook gewoon aan de stengel door laten groeien.
Het is het beste om de orchidee eenmaal in de drie tot vier jaar te verpotten. Gebruik hiervoor speciale orchideeëngrond. Verwijder voordat u de plant in de nieuwe grond zet voorzichtig eventuele slechte wortels. De luchtwortels mag u ook in de nieuwe grond doen. De orchidee mag niet bloeiend worden verpot.
De Phalaenopsis groeit van nature op schaduwrijke plaatsen. Het is het best om de plant neer te zetten op een plaats waar voldoende licht is. Vermijd echter te felle zon. Met name in de maanden april tot en met september is het verstandig de plant niet in direct zonlicht te plaatsen. Daarnaast houdt de Phalaenopsis niet van tocht en is het belangrijk om de plant niet naast de centrale verwarming te plaatsen. De Phalaenopsis gedijt het best bij een temperatuur tussen de 20 en 22 graden. Zorg ervoor dat de temperatuur niet onder de 16 graden komt.
De wortels, die naast de pot groeien, zijn luchtwortels. Ze hebben als het ware de pot gemist. Omdat ze geen functie vervullen, kunt u ze gewoon afknippen. Dit is echter niet noodzakelijk.
Als de orchidee luchtwortels heeft, hoeft u de plant niet weg te gooien. In dat geval kunt u de luchtwortels als nieuwe wortels gebruiken. Verwijder de rotte wortels en stop de luchtwortels in de pot met nieuwe grond.
Dit zijn suikers van een overactieve orchidee. De orchidee maakt namelijk suikers aan. Hier is helaas niets aan te doen. Als u dit vervelend vindt, kunt u de suikers het beste voorzichtig met een lauw doekje van de bladeren en stengel verwijderen.
De belangrijkste oorzaak voor knopval is koude, al dan niet in combinatie met teveel water of te weinig licht. Zorg ervoor dat de omgevingstemperatuur van uw orchidee altijd minimaal 16°C is en voorkom tocht. Bij lagere temperaturen worden de wortels inactief en vallen de knoppen eraf.
Door ethyleen kunnen knoppen geel kleuren, afvallen en bloemen verdrogen. Bronnen die veel ethyleen produceren zijn veel soorten groenten en fruit. Zet uw orchidee daarom niet in de buurt van de fruitschaal.
Het kan zijn dat u uw plant te veel water geeft. Bij hangende bladeren denken mensen daarentegen juist vaak dat de plant te weinig water heeft. Het is het verstandigst om even te controleren of de wortels nog goed zijn. Als dit het geval is, geeft u uw orchidee de komende week geen water meer. Zijn de wortels daarentegen rot, dan verwijdert u deze en pot u de plant met de luchtwortels opnieuw. Wacht wel even met water geven.
Waarschijnlijk heeft uw orchidee te lang in het water gestaan. Ook is het mogelijk dat uw orchidee in te koud water heeft gestaan. De wortels kunnen hierdoor gaan verrotten met als resultaat geel wordende bladeren, die uiteindelijk van de plant afvallen.
De meest voorkomende soorten ongedierte zijn wolluis, schildluis, spint, bladluis, dopluis en slakken. Voor de aanschaf van corrigerende middelen tegen deze soorten ongedierte kunt u zich het beste laten adviseren bij een tuincentrum in uw buurt.
Dit zijn hoogstwaarschijnlijk wolluizen. Het is vrij lastig om van deze witte, pluizige beestjes af te komen. De enige manier om de wolluis de baas te worden is de plant besproeien met, of dompelen in, een biologisch bestrijdingsmiddel, dat is opgelost in water. Bij een ernstige wolluis-plaag mag u de dubbele dosis gebruiken van hetgeen op de verpakking wordt aangegeven.
Opti-flor hecht veel waarde aan een zorgvuldige omgang met de natuur. Wij onttrekken daarom geen planten uit het wild. Dit doen wij enerzijds om de natuur ongerept te laten en anderzijds om te voorkomen dat er eventuele ziektekiemen worden geïmporteerd.
Wij werken met respect voor mens, natuur en milieu en doen er alles aan om onze milieu-footprint tot een minimum te beperken. Onderstaande voorbeelden zijn illustratief voor de manier waarop wij proberen om een bijdrage te leveren aan een schone en milieuvriendelijke toekomst.
De Phalaenopsis, ook wel vlinderorchidee genoemd, is afkomstig uit de tropische regenwouden van Azië, Nieuw-Guinea en Australië.
De Phalaenopsis dankt zijn populariteit aan de lange bloeiduur. Anders dan andere orchideesoorten, die veelal één keer per jaar gedurende 6 tot 10 weken bloeien, bloeit de Phalaenopsis maar liefst 2 tot 6 maanden en soms zelfs 2 of 3 maal per jaar.
Een orchidee gaat goed samen met andere plantensoorten en leent zich er daarom goed voor om in een plantenarrangement te verwerken. Plaats de plant in dat geval met pot en al in de plantenbak, zodat de plant zijn stevigheid behoudt.
Dit hangt af van de plek waar u de Phalaenopsis wilt zetten. Hoe donkerder de orchidee komt te staan, hoe meer bloemen er open moeten zijn. Kies echter altijd voor een orchidee waarvan meerdere bloemen open zijn, ook als u de orchidee een lichte standplaats geeft.
